Zoals gewoonlijk? (Comme d’habitude?)

#

Het nummer My Way belooft aan wie het vertolkt dat hij zal ontwaken uit zijn verhalen, om zich te construeren als subject. Die belofte gaat echter niet op voor wie zich waagt aan de Franstalige versie van het lied, Comme d’habitude (zoals gewoonlijk), dat niks dan emotionele lusteloosheid in het vooruitzicht stelt. Voor velen onder ons blijven de woorden “comme d’habitude” voor eeuwig verbonden met Claude François. De melodie blijft hangen, als een werktuiglijke begeleiding bij onze tranen. Minder tranerig, maar crucialer voor ons onderwerp van normatieve uitwassen en hun schadelijke effecten, is de vragenlijst voor zelfevaluatie van de GHQ-psychiatrie[1], waarin diezelfde woorden eveneens veel aandacht krijgen.

In deze test gaat het erom jezelf te vergelijken met … jezelf, met wie je gewoonlijk bent.

Punt 19 van de vragenlijst biedt een bitter schouwspel op de wijdverbreide en vaak gebruikte zelftest. Het luidt als volgt: “Had u het gevoel een nuttige rol te vervullen in het leven?

1/ nuttiger dan gewoonlijk

2/ zoals gewoonlijk

3/ minder nuttig dan gewoonlijk

4/ veel minder nuttig dan gewoonlijk.

Hoe kan onze kliniek buiten de normen antwoorden op een onzinnige vragenlijst uit een programma van geestelijke gezondheidszorg dat draait rond een temporaliteit van de Eén, die onafhankelijk is van het subject en als doel heeft het willekeurige opduiken van de pulsie te corrigeren?

Bij wijze van antwoord, verwijst F. Bouvet naar de grilligheid van de subjectieve tijd: “Mogen jongeren nog treuzelen of aarzelen in onze hedendaagse maatschappijen die zo verzot is op rendabiliteit?” De rendabiliteit die V. Coccoz de vraag doet stellen: “Hoe kan men breken met het controlerend raster van de rationele gedachte” wanneer het gaat om de inclusie van autistische kinderen? En dit zonder op de klip te varen van tegen wil en dank “een model te worden”, zo preciseert E. Berenguer in zijn tekst. “De verrassing doen opduiken, de uitvinding die de plaats inneemt van de gewoonte, van de herhaling, van de reïteratie”, dat voorstel doet J-P. Rouillon in de instelling van Nonette waar hij werkt. Het is ook het voorstel van S. Bertran, die herinnert aan de noodzaak om “een vraagteken te blijven plaatsen achter het functioneren van elk subject” dat we ontvangen. De uitvinding zien we eveneens bij A. Artaud, bij wie “het lichaam niet kan worden gescheiden van zijn oeuvre”, zoals K. Kortzky schrijft.

Vertaling Christel Van den Eeden

[1] De General Health Questionnaire (GHQ) is een instrument van zelfevaluatie dat wordt ingevuld door het subject en werd opgesteld door Goldberg om psychiatrische stoornissen op te sporen bij subjecten in de algemene populatie en bij patiënten die consulteren in niet-psychiatrische zorgstructuren, zoals bij voorbeeld ambulante consultaties binnen de algemene geneeskunde. Hij heeft een zeer grote ontwikkeling gekend en wordt wijdverbreid gebruikt in talrijke landen, vooral in twee domeinen: de sociale psychiatrie en het opsporen van psychiatrische « gevallen » in de algemene geneeskunde, of bij patiënten die somatische aandoeningen vertonen. De ontwikkeling van de GHQ werd beschreven in het werk van Goldberg (1972). Sindsdien verschenen meerdere versies (GHQ-60, GHQ-30, GHQ-28 et GHQ-12) evenals vertalingen in 38 talen.

Print Friendly

This post is also available in: FransEngelsSpaans